Bijzonder Nederland

Over historie, sagen en mystiek

Let op: Bijzonder Nederland gaat in 2013 verder als Verborgen Landschap! Bezoek de nieuwe blog op http://www.avalis.eu/verborgenlandschap/

zondag 5 april 2009

Sint Janskerkhof, Laren


Elk jaar rond 24 juni gebeurt er in Laren iets bijzonders: vanaf de Sint Jansbasiliek in het centrum van het dorp vertrekt een processie biddend en zingend naar een heuveltje tussen de heidevelden bij Hilversum. Een uniek katholiek verschijnsel in het protestantse Nederland van boven de rivieren. Doel van de tocht is het oude Sint Janskerkhof tussen Laren en Hilversum. Wat is de historie van deze plek?

Het Sint Janskerkhof


Het Sint Janskerkhof is een grote begraafplaats op ongeveer een kilometer afstand ten zuiden van Laren. De begraafplaats bestaat uit een algemeen deel en een op een heuveltje geleden katholiek deel. Op het door bomen omgeven katholieke deel van de begraafplaats staat een neogotisch kapelletje met een beeld van Sint Jan ernaast. Hier stond tot 1586 de oude Sint Janskerk.

Historie


Het Sint Janskerkhof is al eeuwen een centrum van verering, maar wanneer deze precies is begonnen is onduidelijk. De ligging in het centrum van kaarsrechte doodwegen (zie Doodwegen) en de processie op 24 juni kunnen wijzen op een bijzonder oude verering die mogelijk teruggaat tot voorchristelijke tijden.

In de 11e eeuw verscheen er een eerste kapel op de Sint Jansberg. Het was na de kerk van Naarden de oudste kerk van het Gooi. Rond 1300 werd de kapel vergroot.

In de 15e eeuw werd er in de dorpskern van Laren, ongeveer twee kilometer ten noorden van de oude kerk, een nieuwe kapel gebouwd die in 1521 tot parochiekerk werd verheven. Vanaf dat moment kerkten de bewoners van Laren in de nieuwe kerk en raakte de Sint Janskerk langzaam vervallen.

Na de reformatie raakten de katholieken hun dorpskerk kwijt aan de protestanten. Op zoek naar een plaats voor de katholieke eredienst trekt men weer naar de inmiddels bouwvallig geworden kruiskerk op het Sint Janskerkhof. Al snel treffen de hervormingsgezinden maatregelen: in 1586 wordt de kerk gesloopt.

Processie


Na de reformatie is het uiten van katholieke gevoelens eeuwenlang officieel verboden geweest. Pas vanaf 1800 werd het weer mogelijk om als katholiek naar buiten te treden. In 1806 richtte men in Laren het Broederschap van Sint Jan op, die de taak op zich nam om de jaarlijkse bedetocht naar het Sint Janskerkhof te organiseren. In de jaren erna groeide de bedetocht uit tot een echte processie.

De processie vormt het hoogtepunt van de jaarlijkse Sint Jansfeesten in Laren. Rooms-katholieken uit Laren en omgeving trekken van de Sint Jansbasiliek in Laren (voltooid in 1925) naar het Sint Janskerkhof op de heide. Daar wordt Eucharistie gevierd, waarna men naar het centrum van Laren terugkeert.

De processie trekt jaarlijks ongeveer 2000 deelnemers en behoort tot de belangrijkste processies van Nederland. Het is boven de grote rivieren de enige processie die over de openbare weg loopt.

Heidendom


De plaatselijke overlevering vertelt over een tempeltje, dat oorspronkelijk op de top van de heuvel gestaan heeft waar nu het Sint Janskerkhof ligt. Het tempeltje zou gewijd zijn aan Ceres, de godin van het graan en de moederliefde. Naast dat tempeltje zou een heilige eik gestaan hebben, gewijd aan Jupiter.

De romeinse godenbenamingen lijken wellicht wat misplaatst hier, maar romeinse schrijvers zochten in hun geschriften vaker naar Romeinse equivalenten van de plaatselijke goden die min of meer dezelfde eigenschappen bezaten. Zo wordt de germaanse god Wodan vaak aangeduid als Mercurius en werd Donar meestal vergeleken met Jupiter (vergelijk de weeknaam 'donderdag' met het franse 'jeudi'). Wellicht heeft een dergelijke vertaalslag plaatsgevonden bij het doorvertellen van de overlevering.

Donar was de dondergod die met zijn hamer de donder veroorzaakte. Hij was van oorsprong de belangrijkste god van de Germanen – zijn positie zou pas later door Wodan overgenomen worden.

Als het verhaal klopt, zou de eik op het heuveltje dus aan Donar gewijd geweest kunnen zijn. Eiken werden wel vaker aan de dondergod gewijd: ze worden aanmerkelijk vaker en meer zichtbaar door bliksem getroffen dan andere bomen.

Wie de plaatselijke equivalent was van de in de overlevering genoemde 'Ceres' is niet duidelijk, maar wellicht was het een godheid die met oogst te maken had (zoals Balder), of een moedergodin. In ieder geval lijken veel van de plaatselijke gebruiken rond het Sint Janskerkhof hun oorsprong in heidense tijden te vinden, zoals het offeren van veldvruchten. Ook de feestdag op 24 juni kan verband houden met oude midzomerfeesten. Dat de oude heidense gebruiken op deze plek uiteindelijk hun equivalent vonden in de jaarlijkse processie lijkt dus niet uitgesloten.

Doodwegen


Rond het kerkhof lopen kilometers lange kaarsrechte wegen recht op het kerkhof af. Dit zijn de doodwegen. Langs deze paden werden de overledenen vroeger naar het kerkhof gebracht.

Over het ontstaan van doodwegen doen verschillende theorieën de ronde. Eén er van is dat de wegen zijn aangelegd door de kerkbesturen. De bevolking hield er na de kerstening met name bij begraven nog eeuwenlang heidense gebruiken op na. Eén ervan was dat de overledene met zoveel mogelijk omwegen naar het kerkhof gebracht moest worden zodat de overledene, mocht hij willen teugkeren, de weg niet kon terugvinden. De kerk vond dit blijkbaar onpraktisch of doorzag de heidense invloeden en legde de kaarsrechte doodwegen aan en verplichtte de mensen hun doden in een rechte lijn naar het kerkhof te brengen.

Een andere theorie is dat de doodwegen op zogenaamde leylijnen liggen, veronderstelde kaarsrechte energiebanen die de gehele aarde omringen. Op de locaties waar leylijnen elkaar kruisen ontstaat volgens mensen die dit onderzoeken een krachtplaats of leycentrum. In dit geval zou dat dus de Sint Jansberg zijn.

Het kan natuurlijk ook zo zijn dat de kerken, die in vroeger tijden natuurlijk uitstekende markeringen waren in een landschap, als baken dienden voor de reiziger. Mensen op doorreis reisden vaak van kerk naar kerk. In dat geval liep men gewoon recht op de kerk af en ontstonden later de paden door het intensieve gebruik van die routes.

Op de kaart van de omgeving zijn verschillende doodwegen terug te vinden. Op de Westerheide lopen in ieder geval drie wegen recht op het Sint Janskerkhof af, één ervan loopt door tot aan de bebouwde kom van Bussum op de Bussumer Heide. De meest zuidelijke van de doodwegen op de Westerheide lijkt op te houden bij de kom van Hilversum, maar kan na ongeveer anderhalve kilometer in het verlengde weer gevolgd worden en heet daar nog steeds Doodweg. Mogelijk was deze route bestemd voor de bewoners van 's-Graveland en Kortenhoef. Op de kaart uit de Gemeente-atlas uit 1867 is inderdaad te zien dat deze wegen vroeger één waren en heetten toen 'Weg van 's-Graveland op Laren'. Dat is opvallend, blijkbaar heeft men er na 1867, toen de kaart werd uitgegeven, nog voor gekozen de weg te hernoemen naar 'Doodweg', zoals die vroeger ongetwijfeld geheten heeft.

Op de Zuiderheide loopt de kaarsrechte Oude Postweg ook op het kerkhof af. Deze doodweg is later in gebruik geraakt als route voor de postkoets. Ook de N525, de grote weg van Laren naar Hilversum met de aansluiting op de A1, zou vroeger een doodweg voor de bewoners van Laren en Hilversum geweest kunnen zijn. In ieder geval heette het deel van Laren in 1867 nog Doodweg.

Ook de gemeentegrens tussen Bussum en Hilversum loopt in het Spanderswoud recht op het Sint Janskerkhof af, maar niet in het verlengde van een doodweg op de Westerheide. Liep hier vroeger eveneens een doodweg, of heeft men de kerk als richtpunt gebruikt voor het vaststellen van de grens tussen Bussum en Hilversum?

Oostelijk van het Sint Janskerkhof vinden we tenslotte nog het Schuilkerkpad op de Laarder Eng. Een duidelijke verwijzing naar de functie van het kerkhof in tijden dat het katholisisme verboden was.

Uit de hoeveelheid doodwegen die er nu nog terug te vinden is blijkt dat de Sint Janskerk voorheen een bijzonder belangrijke plaats is geweest voor alle bewoners van het Gooi. Het feit dat er nog zoveel bewaard zijn rond het Sint Janskerkhof, onder andere als zandpaden op de Westerheide, is zeer bijzonder en waarschijnlijk uniek in Nederland.

Legenden


De oorsprong van het Sint Janskerkhof wordt ook verklaard met een legende. In 893 keerde een pelgrim terug uit het Heilige Land. Hij had een bijzonder waardevolle schat bij zich: stukjes van de beenderen van Johannes de Doper in een prachtig zilveren kistje. De pelgrim haastte zich om nog voor het donker in Laren te zijn maar slaagde hier niet in. Hij verdwaalde en midden in de nacht beklom hij een heuvel die hij tegenkwam om te kijken of hij in de duisternis iets herkenbaars kon onderscheiden. Daar werd hij overvallen door twee rovers die hem beroofden van de kist en vermoordden. Zijn lijk begroeven ze, de kist namen ze mee. De rovers vonden de zilveren kist waardevoller dan de beenderen die erin zaten, en ze wierpen de inhoud dan ook weg.

De volgende ochtend kwam een herder met zijn kudde de heide op. De herdershond bleef op een bepaald moment stokstijf staan. Toen de herder keek wat er aan de hand was, ontdekte hij de beenderen van Johannes in het zand, aan de voet van de heuvel. De beenderen verspreidden een lichte gloed. Ook vond men na een regenbui het lijk van de pelgrim terug op de heuvel. Van heinde en verre kwamen de mensen om de bijzondere vondst te bekijken. Op de heuvel bouwde men een kapelletje, gewijd aan Sint Jan. De pelgrim is op de heuvel herbegraven.

Locatie





Toegang en Bereikbaarheid


Het Sint Janskerkhof is uitstekend te bereiken. Volg vanaf de A1 afslag 9 (Laren) richting Hilversum-Noord. Blijf Hilversum volgen. Na ongeveer een kilometer verschijnt aan de rechterkant van de weg de La Place. Sla bij de kruising linksaf en parkeer de auto op de parkeerplaats. Het kerkhof is het door bomen omgeven heuveltje achter het geologisch museum.

Wanneer


Het kerkhof is altijd geopend. De omliggende heidevelden zijn het mooist in augustus en september, als de heide bloeit.

Tips

  • In 2009 vindt de processie plaats op 21 juni
  • Het naast het kerkhof gelegen Geologisch Museum Hofland geeft een prachtig overzicht van de geologie van het Gooi en omgeving. Er zijn vele stenen, mineralen en fossielen te vinden uit de gehele wereld.
  • Op de rond het kerkhof liggende heidevelden zijn veel van de kaarsrechte doodwegen nog in gebruik als wandel- of fietspad. Door op één van deze paden te wandelen krijg je een goede indruk van de ligging van het kerkhof in het centrum van de wegen.

Eten en drinken


Aan de overkant van de weg ligt La Place, dagelijks geopend van 8:00 tot 21:00.

Meer informatie


Geen opmerkingen:

 

Archief

Laatste artikelen